header

Soefi Beweging Nederland

Het Ene, het goddelijke en de schepping

Op de vraag, wat bestond voor sprake was van enige manifestatie, antwoordt Inayat Khan met: “De essentie van het Zijn, het Enig Zijnde. In welke vorm? Niet in een vorm. Als wat? Als niets. De enige definitie in woorden is: als het Absolute.”

vaag-doelHieruit is bewustzijn voortgekomen, pure intelligentie die zich als het ware samentrok in één punt. Als stralen van de zon zijn daaruit alle manifestaties voortgekomen. In alle manifestaties zit iets van dat oorspronkelijke licht en bewustzijn. Inayat Khan haalt in dat verband de Koran aan: “Wij hebben uw licht uit ons licht geschapen en van dat licht hebben wij het heelal gemaakt.” Hij voegt eraan toe: “Mystici van alle tijden kennen de goddelijke geest als een zon; daarom staat in alle oude symboliek de zon afgebeeld als een voorstelling van God.” Geleidelijk aan, als fijnere en grovere “trillingen”, ontwikkelden zich uit dit Absolute mineralen, planten, dieren en de mens. Omdat wij sterk in beslag genomen worden door de materiële wereld, zijn wij dit bewustzijn van ziel en oorsprong veelal kwijtgeraakt. Het is onze taak om ons die bron van puur geluk weer te herinneren, dit bewustzijn te vervolmaken en zo de schepping te voltooien.

Inayat Khan gebruikt de begrippen ‘God’ en ‘goddelijk’ om aan te duiden dat dit Absolute bewustzijn ons begrip te boven gaat. “Soefisme is noch deïsme noch atheïsme, want deïsme betekent een geloof in een God ver weg in de hemel, en atheïsme betekent: zonder Godsgeloof. De soefi gelooft in God. In welke God? In de God van wie hij gescheiden is geraakt, de God in en buiten hem; zoals gezegd wordt in de Bijbel: wij leven en bewegen en hebben ons wezen in God. Die lering is de lering van de soefi’s.”

De schepping is een cyclisch proces. “De manifestatie is de uitademing van God, en wat door de hindoes pralaya wordt genoemd – de vernietiging of het einde van de wereld – is absorptie, de inademing van God. Hij schept en vernietigt. Veel mensen maken God hier een verwijt van. Maar voor God, die het Enig Zijnde is, is dit de natuurlijke zijnstoestand waardoor Hij eeuwig leeft.”

Bron: Soefisme, de religie van het hart, hoofdst 4 (Witteveen/de Caluwé)

 

Vervolg: De ziel, vanwaar,waarheen